Gorinchem past huishoudelijke ondersteuning aan

GORINCHEM – De Centrale Raad van Beroep (CRvB) deed in mei een uitspraak over de huishoudelijke ondersteuning (HO) die wordt verstrekt vanuit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo).

De gemeente Gorinchem concludeert dat haar werkwijze voor een groot deel passend is binnen de uitspraak. Echter een aantal onderdelen in het beleid vraagt om aanpassing. Dit heeft voor cliënten geen nadelige gevolgen. Alle cliënten die huishoudelijke ondersteuning nodig hebben, krijgen dit ook in 2017. Dit geldt voor cliënten die de huishoudelijke ondersteuning in natura ontvangen via een zorgaanbieder en voor cliënten met een persoonsgebonden budget.

De zorgaanbieder bekijkt met de cliënt of de ondersteuning nog voldoet aan de huidige situatie. Met de zorgaanbieders zijn financiële afspraken gemaakt zodat
zij voldoende ruimte hebben om maatwerk te blijven bieden. Op deze manier krijgen cliënten waarbij de beperkingen zijn toegenomen de ondersteuning die ze nodig hebben. Voor de cliënten met een persoonsgebonden budget geldt dat de indicatie voor huishoudelijke ondersteuning weer wordt gebaseerd op de ‘oude’ CIZ-norm. Dit sluit aan bij de uitspraak van de rechter.

In het huidige beleid is onvoldoende uitgewerkt wat wordt verstaan onder een ‘schoon en leefbaar’ huis. Hiermee gaat de gemeente aan de slag om te kunnen voldoen aan de uitspraak van de rechter. De gemeente gaat vanaf mei 2017 met alle cliënten opnieuw in gesprek om te beoordelen welke huishoudelijke ondersteuning op dat moment nodig is. Daarna krijgen cliënten een nieuwe indicatie die per 2018 ingaat.

Alle cliënten waarvan de huishoudelijke ondersteuning in natura eind dit jaar afloopt, krijgen begin november een nieuwe beschikking. Cliënten die gebruik maken van een persoonsgebonden budget ontvangen eind september hun nieuwe beschikking. Cliënten die vragen hebben over de beschikking kunnen contact opnemen met de gemeente.